Klopgeesten en poltergeist-verschijnselen

Worden poltergeists veroorzaakt door geestverschijningen, of is het een vreemde kracht die in de mens huist? Jenny Randles onderzoekt.

Voor de familie Matura begon de nachtmerrie op 21 juni 1985, toen er water begon te stromen vanuit het plafond en de muren van hun flat op de derde verdieping in Sosnowiec, een mijnstad in Zuid-Polen. Eerst dachten ze aan een gesprongen leiding in de flat boven hen, maar toen ze op onderzoek uitgingen bleek het aparte geheel droog.

Terwijl het water in stralen van de muren kwam en de meubels kletsnat werden, riep de onthutste familie het waterleidingbedrijf te hulp, dat de hoofdkraan afsloot en de leidingen leeg liet lopen. Het maakte geen verschil. Er bleef water in de kamers stromen. De monteurs gingen vol frustratie weg waarna de watervloed ophield. De volgende dag begon alles echter opnieuw.

Wanhopig nam de familie contact op met een plaatselijke dokter, Dr. Zdzislaw Cias, in de hoop dat een gestudeerd iemand zou kunnen achterhalen wat er aan de hand was. Het werd Dr. Cias al snel duidelijk dat de “waterduivel” alleen toesloeg als de 12 jaar oude Arthur Matura in de kamer was. Ging hij weg, dan hield het water op met stromen. Zodra hij terugkwam, was de overstroming ook terug. De jongen werd een tijdje verbannen naar de badkamer, zodat de kamer wat kon drogen, maar de vraag bleef: waar kwam het water vandaan?

Verzadigingspunt.

De jongen beweerde dat het water hem volgde, zelfs naar school, maar dat het alleen stroomde als er niemand in de buurt was. Wegens het gebrek aan ooggetuigen dachten sommige mensen aan bedrog, maar Dr. Cias meende dat de hoeveelheid water eenvoudigweg te groot was om het resultaat van een grap te kunnen zijn.

Conciërges van het gebouw beschuldigden de familie Matura ervan de hele zaak in scène te hebben gezet om schadevergoeding te kunnen claimen voor hun inboedel, die nu geruïneerd was. Maar de woningbouwvereniging reageerde heel anders. Ze lieten een wichelroedeloper komen die beweerde dat er zich een soort “energieveld” in het huis bevond, dat misschien te maken had met ley-energielijnen die onder het huis samenkwamen. Dit krachtige veld richtte zich volgens hem op Arthur, en was de oorzaak van de hevige aanvallen.

De voorstellen om tot een oplossing te komen varieerden van het strooien van kastanjes door het huis om waterdamp te absorberen, tot gebeden zeggen, waarvoor zich vier priesters aanmeldden. Tenslotte werd Arthur naar een reeks doktoren gestuurd, die allen psychiatrische hulp aanbeveelden. Ervan overtuigd dat hij de activiteiten in scène had gezet, stelden ze een experiment voor. Daarvoor moest de jongen met de armen langs het lichaam worden vastgebonden op de sofa, nadat hij van tevoren goed was gefouilleerd. Enkele ogenblikken nadat de geïrriteerde doktoren hem alleen hadden gelaten, kwamen ze terug naar de zitkamer om te zien hoe het water bovenop de nog steeds vastgebonden jongen stroomde.

Toen Arthur verder opgroeide hield hij langzamerhand op met regen maken, maar zijn familie vertelde dat hij het middelpunt werd van andere, gewelddadiger gebeurtenissen. Meubels en ornamenten vlogen door de kamer alsof een kwaadaardige entiteit er mee speelde, en zoveel mogelijk schade wilde veroorzaken. Maar ook dit gebeurde alleen als de jongen aanwezig was.

Dit geval is een klassiek modern voorbeeld van een eeuwenoud verschijnsel — de aanval door een Poltergeist. Paranormale onderzoekers zijn er al lang van overtuigd dat een tiener of een pre-puber vaak het middelpunt van dergelijke activiteiten is. Vaak gaan deze aanvallen maandenlang met tussenpozen door, maar ze lijken altijd te verdwijnen naarmate het kind ouder wordt. Er woedt een heftig debat tussen degenen die geloven dat een duivelse intelligentie uit het leven na de dood het kind in zijn macht krijgt om deze effecten te bewerkstelligen, en degenen die menen dat ze zelfopgelegd zijn, als een paranormale soort van driftaanval.

Aandachttrekkerij?

Bij Poltergeist-zaken horen dikwijls verhalen over fantastische gebeurtenissen, maar in het begin proberen de onderzoekers een rationele verklaring te geven. Vaak proberen de kinderen die het middelpunt van zo’n aanval zijn niets anders dan de aandacht te trekken, door bewust of onbewust voorwerpen te laten bewegen.

Maurice Grosse, een vooraanstaand onderzoeker bij de Britse Vereniging voor Paranormaal Onderzoek (SPR) legt uit dat sommige gevallen van een zogenaamde aanval van een Poltergeist slechts het gestoei van kinderen kunnen zijn. “Het is alsof ze in de ban raken van de opwinding die ontstaat door de gebeurtenissen. Daardoor wordt het heel moeilijk om te bepalen of natuurlijke of bovennatuurlijke krachten de oorzaak zijn”.

In een van de beroemdste gevallen die door Grosse zijn onderzocht, de langdurige Poltergeist-activiteit in een huis in Enfield, in Engeland, tussen 1977 en 1978, vlogen zware sofa’s door de lucht. Men kon de twee tienermeisjes op wie veel van de activiteit geconcentreerd leek te zijn, hier niet de schuld van geven. Maar er waren andere voorvallen waarbij het zeker mogelijk was dat een van de meisjes de zaak beduvelde en de Poltergeist nadeed. Hoewel de meisjes dat ontkenden, begon er daarom twijfel te ontstaan of er wel echt een Poltergeist in Enfield aanwezig was.

Vreemd of heel gewoon?

Helaas is het altijd heel ingewikkeld, hoe sterk het bewijs ook lijkt, om het waar gebeurde te scheiden van het twijfelachtige, zeker wanneer de levens van mensen, en in het bijzonder kinderen, wekenlang verstoord worden door een onderzoek. En bovendien moet er altijd rekening mee worden gehouden dat voorvallen die op Poltergeist-activiteit lijken, uiteindelijk heel gewone gebeurtenissen blijken te zijn, als de onderzoekers maar goed genoeg kijken.

In een zaak in Wallasey, in Merseyside, in Engeland, maakte een oudere vrouw melding van veel klassieke elementen van een Poltergeist-geval. Er vormden zich plassen water bij haar keukendeur. Voorwerpen verdwenen en doken onverwacht weer op. Er bleef een vreemde substantie bij een muur liggen nadat er vreemde lichtverschijnselen waren geweest.

Maar uit onderzoek bleek dat dit toevallige gebeurtenissen waren die gemakkelijk konden worden verklaard.

Optrekkend vocht in de muren veroorzaakte de waterdruppels. Iemand had de voorwerpen per ongeluk verplaatst zonder de vrouw op de hoogte te stellen. De vreemde substantie was niets anders dan schimmel, en het vreemde licht kwam van een buitenlamp aan de andere kant van de straat, die onder een rare hoek reflecties gaf.

Zo was er in 1994 een zaak die werd onderzocht door de SPI-groep (Strange Phenomena Investigations). Een familie beweerde dat een speelgoedgitaar in hun zitkamer iedere nacht uit zichzelf speelde. Onderzoeker Malcolm Robinson leidde de pogingen om bewijzen te verzamelen voor dit vreemde verschijnsel, en kon inderdaad de lege kamer en de duidelijk onaangeroerde gitaar filmen, terwijl de muziek weerklonk. Maar de onderzoekers stelden ook direct vast dat de muziek niet van de gitaar afkomstig was, maar van een beschadigd computerspeeltje, dat iedere nacht om dezelfde tijd een spookachtige vertoning gaf.

De SPI-groep is bij veel meer en veel serieuzere Poltergeist-zaken betrokken geweest, waarbij diepgravend onderzoek en de hulp van andere “professionele paragnosten” nodig waren. Een voorbeeld hiervan is de aanval op Kilsyth, in Schotland, in augustus 1994.

Tot wanhoop gedreven.

Het ging om een huis waarin een vrouw, Patricia Canavan, woonde met haar zoontje. Ze werden door een Poltergeist tot wanhoop gedreven. Ondanks verzoeken aan plaatselijke mediums en kerkautoriteiten was er niemand die kon helpen. De SPI bood haar hulp aan.

Men combineerde een objectief onderzoek met de belangrijkste doelstelling: de angstige moeder bevrijden van de Poltergeist. Met tape werden huishoudelijke voorwerpen vastgezet, waardoor de kleinste bewegingen konden worden gemeten en vastgelegd. Camcorders filmden de verschillende kamers waarin activiteit had plaatsgevonden. Daarna ging het team uiteen om verschillende delen van het huis te bewaken en alles te registreren wat ze zagen en voelden. Er trad een aantal verschijnselen op, zoals gevoelens van koude en een merkwaardig, schitterend licht, maar er was niets te bespeuren van het geweld van de aanvallen.

Beklemde geesten.

Ook Helen Walters was aanwezig, een medium dat al met de SPI aan andere zaken had gewerkt. Ze voelde de aanwezigheid van twee “geesten”, een jonge jongen en een oude man, die op de een of andere manier in het huis beklemd zaten. Met een techniek die bekend staat als “geestenhulp”, probeerde het medium deze entiteiten ertoe over te halen “over te gaan” naar het leven na de dood. Na haar werkzaamheden had het gezin geen last meer van Poltergeist-aanvallen.

In plaats van de krachtdadige uitdrijvingen die exorcisten toepassen, voor wie de Poltergeists demon zijn, zodat God moet worden aangeroepen om ze uit te drijven, worden deze subtielere reddingswerkzaamheden tegenwoordig steeds vaker toegepast door spiritisten. Ze vinden ze meer geëigend om een getroffen huis te “schonen”. Bijkomend voordeel is het onderzoek dat naast de “geestenhulp” kan worden verricht. Dit heeft essentiële gegevens opgeleverd over de mensen die vaak het middelpunt van Poltergeist-aanvallen zijn.

De eerste berichten wezen op jonge pubermeisjes, hoewel er ook jongens van die leeftijd in de verslagen voorkomen.

Toch zijn er teveel zaken waarbij geen jonge mensen betrokken zijn, om dit als slotconclusie te kunnen zien.

Er is ook vastgesteld dat veel slachtoffers van klopgeesten aan ernstige migraine of epilepsie lijden. In beide gevallen is sprake van hormonale en elektrische defecten in de hersens. De mogelijkheid wordt onderzocht dat bij deze mensen de rechterhersenhelft actiever is dan de linker, en dat de neurotransmitter serotonine sterker is dan normaal. Men denkt dat beide zaken kunnen bijdragen aan het veroorzaken van een hypothetische “paranormale woede-aanval”.

Paranormale belangstelling.

Er zijn in ieder geval steeds meer aanwijzingen dat Poltergeist-slachtoffers vaker geesten zien, en meer uittredingen en andere paranormale ervaringen hebben dan andere mensen. Het is interessant dat mensen die beweren door buitenaardse wezens te zijn ontvoerd, tot dezelfde categorie behoren.

Er bleek zelfs uit een Engels onderzoek dat 20% van de getuigen van buitenaards contact ook Poltergeist-activiteit in hun woning meldt. Vergelijk dit met minder dan 5% van de gehele bevolking. Misschien is het zo dat Poltergeists een symptoom zijn van een uitgebreider energie-verschijnsel, iets waar sommige mensen gevoeliger voor zijn dan andere.


Related articles

Dood gewenst — verhalen over vervloeking en de wetenschap

Dood gewenst: wanneer vervloeking levens kost Zelfs in deze tijd gaan er verhalen over mensen die worden “dood gewenst” — maar zijn die gebaseerd op …

Domeinnaam geeft uw online start een boost

Domeinnaam geeft uw online start een boost Een domeinnaam van Mr-Domein geeft uw online start direct een gigantische boost! Contact: Mr-Domein

Waar waart de geest? — Telepathie, bewustzijn en wetenschappelijke inzichten

Waar waart de geest? Zijn de traditionele opvattingen van de wetenschap over onze geest in strijd met paranormale verschijnselen als telepathie? Anthony North …