Dubbelzien: het fenomeen van de dubbelganger

Een levendige fantasie? Paul Rowland onderzoekt het verschijnsel van het tweede “ik” en concludeert dat dubbelgangers niet altijd zijn wat ze lijken.

Na een rit van 18 uur door een heel ruig en onherbergzaam landschap in de Amerikaanse staat Wyoming, dreigde Gordon Barrows achter het stuur in slaap te vallen. Het speelde in 1946 en hij was net afgezwaaid als dienstplichtige, maar in zijn gretigheid om naar huis te komen had Barrows teveel van zichzelf gevergd. Bovendien was hij versufd van de kou. Plotseling zag hij even buiten het stadje Laramie een eenzame lifter langs de weg staan en hij hield instinctief halt.

Toen hij zijn raampje naar beneden draaide om de vreemdeling een lift te geven, kreeg Barrows de schok van zijn leven — de man was een perfecte dubbelganger van hemzelf! Het enige waaraan te zien viel dat het om een ander ging was diens kleding. De vreemdeling ging gekleed in een dun militair uniform, maar leek desondanks merkwaardig genoeg geen last te hebben van de extreem ijzige temperaturen.

Tot Barrows’ grote opluchting bood de lifter zelfs aan het stuur van hem over te nemen, zodat Barrows een uiltje kon gaan knappen. Omdat hij uitgeput was, ging hij dankbaar op het aanbod in en viel meteen in slaap. Toen hij een paar uur later wakker werd ontdekte hij dat de auto zomaar ergens stilstond en dat zijn vreemde metgezel roerloos achter het stuur zat. Barrows had nog net tijd om hem te bedanken, toen de man uit de auto stapte en in de woestijn verdween. Hij had zijn rust broodnodig gehad en opgefrist reed Barrows zelf weer verder, nog wat beduusd van de merkwaardige ontmoeting.

Bijna iedereen overkomt het weleens dat je van een afstandje een vreemde aanziet voor een bekende, of dat iemand een opvallende gelijkenis vertoont met een bepaalde beroemdheid of bekend figuur.

Militair vergelijk

Het is bekend dat tijdens de Tweede Wereldoorlog zowel de geallieerden als de asmogendheden gebruik hebben gemaakt van dubbelgangers. Bij het Britse leger zat een amateur-toneelspeler, M.E. Clifton-James, die dubbelde als generaal Montgomery terwijl de echte “Monty” op een geheime locatie in Frankrijk zat. Clifton-James heeft de oorlog overleefd en mocht het nog meemaken dat zijn autobiografie Ik was Monty’s Dubbelganger met succes werd verfilmd. Maar niet alle dubbelgangers hadden evenveel geluk.

Er is wel gesuggereerd dat Rudolf Hess, Hitlers rechterhand, vervangen zou zijn door een dubbelganger, omdat niet naar buiten mocht komen dat hij in mei 1941, vlak voor hij naar Engeland vloog, door nazi’s was vermoord.

Toen Hess in 1973 in de Spandau-gevangenis een uitgebreid medisch onderzoek onderging, konden de artsen geen enkel litteken op hem terugvinden, hoewel het vaststond dat Hess in de oorlog ernstige verwondingen had opgelopen.

Meer recentelijk kwam iemand met het ongehoorde verhaal dat het bij de verkoolde lijken die in 1945 in de Führer-bunker waren aangetroffen, helemaal niet zou gaan om Hitler en Eva Braun, maar om dubbelgangers die de tegenpartij al eerder op een verkeerd spoor hadden gebracht.

Maar dit gaat lang niet zo ver als wat Gordon Barrows beleefde, een geest die optrad als tweede ik — iets dat ook anderen is overkomen en door meerdere getuigen is geconstateerd.

Geestesverschijningen

De meest bekende vorm van een tweede ik is de dubbelganger. Het woord komt uit het Duits (“Doppelgänger”) en betekent letterlijk “dubbelgaander”. Volgens psychologen zijn dubbelgangers verschijningen van levende personen op ware grootte, die altijd doorzichtig zijn, als een geest, en dikwijls worden waargenomen in een enkele kleur, of in “weggelopen” kleuren.

Ze komen niet over als tastbaar of levensecht, en treden ook niet zelfstandig op, maar herhalen de bewegingen en uitdrukkingen van hun fysieke evenknie, alsof ze daar het spiegelbeeld van zijn. Op zich is het een zeldzame ervaring die zich meestal voordoet in de vroege ochtend of ’s avonds laat, vooral bij mensen die lijden aan stress of oververmoeidheid. Veelzeggender is dat met “hallucinatie van een dubbelganger” — ook wel “autoscopie” genoemd — alleen een gedeeltelijke verschijning bedoeld wordt en niet een evenbeeld in vol ornaat.

De eerste keer dat iemand melding maakte van een dubbelganger dateert van de vierde eeuw voor Christus, toen Aristoteles, de grote Griekse filosoof, schreef over een man die nog geen wandeling kon maken of hij liep zijn “dubbelganger” tegen het lijf. Het geloof in een tweede ik gaat echter terug tot het oude Perzië en komt in veel culturen voor, zowel in het heden als in het verleden.

De term dubbelganger wordt nu ten onrechte gebruikt wanneer iemand een visioen van zichzelf heeft of van zijn tweede ik. Er zijn namelijk fenomenen die hier weliswaar veel van weg hebben, maar die strikt genomen toch niet vallen onder dat begrip.

Wat Gordon Barrows is overkomen is daar een goed voorbeeld van. Niet alleen beweerde Barrows zijn “stand-in” in volle gedaante te hebben gezien, maar de verschijning ging ook anders gekleed en was in staat tot geheel zelfstandig handelen.

Een ander goed gedocumenteerd geval van dit type stamt van Goethe, de grote Duitse dichter uit het begin van de 19de eeuw. Toen hij onderweg naar huis was van een bezoek aan de Elzas, zag hij zijn eigen “Doppelgänger”, gekleed in een grijs met gouden kostuum.

De verschijning hield slechts enkele seconden aan en Goethe — die allesbehalve bijgelovig was — stond er verder niet bij stil. Toen hij dezelfde plek acht jaar later nog eens passeerde, drong het echter tot hem door dat hij op dat moment het grijs met gouden kostuum van zijn “visioen” droeg. De dag had destijds verder geen bijzondere betekenis voor hem gehad, zodat hij concludeerde dat hij toen een toevallige glimp moest hebben opgevangen van zijn toekomstige ik, waargenomen “door ogen van de geest”, zoals Goethe het zelf verwoordde.

Dubbelspraak

Er zijn getuigen die beweren dat ze het tweede ik gezien en zelfs gesproken hebben, terwijl de persoon om wie het ging zich op dat moment heel ergens anders bevond, zonder te weten wat zijn “stand-in” uitspookte.

In 1955 was Erikson Gorique, afkomstig uit New York, voor zaken op weg naar Oslo. Voor hem was het de eerste keer dat hij de Noorse hoofdstad bezocht — althans, dat dacht hij. Toen de hotelklerk zei het leuk te vinden dat de heer Gorique er weer was, deed de man uit New York dat af als een persoonsverwisseling. De volgende dag zou echter nog een verrassing voor hem in petto hebben. Toen hij naar zijn afspraak ging verzekerde zijn contactman daar hem dat ze elkaar al eerder hadden ontmoet en de transactie waar hij voor kwam al twee maanden daarvoor hadden doorgesproken.

Een aantal onderzoekers heeft wel geopperd dat het bij al deze verschijnselen om gedachteprojectie zou gaan — een intens verlangen, op scherp gezet door iemands verbeeldingskracht. Dit idee lijkt te worden ondersteund door wat men wel “crisisverschijningen” noemt. Naar het schijnt doen die zich voor wanneer mensen iemand die hen dierbaar is in een visioen voor zich zien, op het moment dat de bewuste persoon een uitzonderlijke emotie of fysieke spanning ondergaat.

Ofschoon er veel van zulke gevallen bekend zijn, bestaat er nog maar bitter weinig duidelijkheid over. De opvatting dat het bij een andere ik altijd om het geprojecteerde beeld van een enkele geest zou gaan, wordt naar het lijkt ondergraven door een wel heel vreemd verschijnsel dat door een Amerikaanse dominee uit Massachusetts, W. Mountford, samen met een stel vrienden is waargenomen. Mountford logeerde bij kennissen die later die dag bezoek verwachtten van enkele familieleden. Toen het gezelschap besloot naar buiten te gaan om hun gasten te verwelkomen, zagen ze tot hun verrassing het stel dat ze pas later verwachtten in een rijtuig voorbijkomen, zonder dat de inzittenden blijk gaven van enige herkenning. Het ongelooflijke was dat toen enkele ogenblikken later het rijtuig opnieuw langskwam, de langverwachte gasten de gastheer spontaan groetten.

Sommige onderzoekers hebben hier wel een verklaring voor. Zo kan het best dat iemand uit het gezelschap waar naar was uitgekeken onbewust een beeld had geprojecteerd van hoe het rijtuig aanstonds zou arriveren. Een andere mogelijkheid is dat de verschijning het gevolg was van collectieve hallucinatie.

Telkens als men verklaringen voor dit soort fenomenen meent te hebben, blijken er altijd weer gevallen te vinden die daarmee in tegenspraak zijn. De opvatting dat een hele groep mensen een en dezelfde hallucinatie heeft ondergaan mag dan aannemelijk lijken, maar daarmee is bijvoorbeeld een aanverwant verschijnsel als de “bilocatie” weer niet verklaard. Men spreekt van bilocatie als een en dezelfde persoon tegelijkertijd op twee verschillende plaatsen verschijnt. Een bekend voorbeeld daarvan is Emilie Sagée, een Franse schooljuffrouw uit de 19de eeuw, van wie haar leven lang regelmatig een dubbelgangster werd waargenomen.

Er blijft een mogelijkheid dat bij dergelijke verschijningen gewoon sprake is geweest van persoonsverwisseling. Maar zolang we geen afdoende bewijs hebben dat een andere ik of ziel op zichzelf bestaat, zullen we het moeten doen met de verbijsterende verhalen van wat anderen hebben meegemaakt.


Related articles

Automatische kunst: wie of wat stuurt de hand?

Automatische kunst: wie of wat stuurt de hand? Worden mensen die kunst maken onbewust geleid door buitenaardse geesten of is er een andere verklaring? Met …

Goden — Geen beschikbare inhoud

Goden — pagina zonder beschikbare inhoud De inhoud van deze pagina is op dit moment niet beschikbaar. Het lijkt erop dat de domeinnaam of pagina geparkeerd is …

Toekomstvisioenen — Verklaringen voorgevoelens en visioenen

Toekomstvisioenen — Verklaringen voorgevoelens en visioenen Veel mensen zeggen dat ze voorgevoelens hebben van toekomstige gebeurtenissen, maar is dat nu een …